zaterdag 28 februari 2015

Een beeld zegt meer dan 1000woorden: Danakil depression!

Een beeld zegt meer dan duizend woorden en om de 4daagse in de danakil te beschrijven zijn er geen woorden genoeg!.

We vertrokken 's ochtends rond 10u. In het lokaal van de tourorganisatie moeten we onze bagage verminderen, 1 trekrugzak voor ons 2. Dit valt nog mee. We staan te praten met een Duits meisje, Paulina die haar stage geneeskunde in Gondar doet, de oude hoofdstad van Ethiopië. Dan is er nog Hazel , een meisje van Engeland die al 4 jaar in Afrika woont en werkt als fotografe voor verschillende magazines. We zitten spijtig genoeg niet samen in de auto. We zaten samen met een Russisch koppel samen, de enige nationaliteit waarmee we de auto liever niet hadden gedeeld. En ze hebben ons voordeel bevestigd, bleek achteraf! De vrouw heeft haar eerste man verloren in een auto ongeval waar ze zelf levend is uitgekomen. Ze vertelde dat ze terug heeft moeten leren praten, lopen, eten... Het ongeval zal wel niet de reden zijn van haar plastieken lichaam. De man was groot en stevig gebouwd en had een gele korte broek en oranje t-shirt aan. Een boer bij het eerste woord dat hij uitbracht. Tijdens de rit sprak hij meteen over geldzaken, wat wij verdienen, hoeveel wij betalen om te huren of te kopen. Hij vroeg ons ook of wij vaak met verschillende mannen het bed delen, waarbij wij na ons antwoord door hem conservatief werden genoemd. Hij had nog heel wat vragen en verhalen voor ons, te absurd om op te noemen. De eerste uren daalden we enorm. We daalden van meer dan 2500m naar zeeniveau. We voelden ook de temperaturen verhogen. De beloofde airco was eerder een blazer met koude lucht. Het Russisch koppel kloeg meteen en dat was ook heel de rit zo.

We reden eerst naar Erta Ale. We zijn de hele dag onderweg geweest en na uren op vulkanische grond te rijden kwamen we aan in het basis kamp. Er waren een 10tal soldaten aanwezig die ons zouden beschermen in het gebied. In 2012 zijn er heel wat toeristen omgekomen door een aanval van het Eritrese leger. Het was 2u30 stappen naar boven in het donker. De groep ging traag en wij gingen apart lopen van hen om ons eigen tempo te kunnen aannemen. We hadden geen koplampen mee maar vonden onze weg door het licht van de maan. De drukkende warmte nam heel wat energie van mij. De tocht was zwaar maar je vergeet alles als je de krater ziet. We voelden de warmte van de lava op ons gezicht en konden er 10m van staan. We stonden stilzwijgend te kijken hoe de lava naar boven spetterde. We hebben zo uren blijven staan. Van Negasie, onze gids, mochten we met ons 4 net naast de krater slapen op een voorwaarde dat we niet slaapwandelden. De anderen zouden iets verder slapen in hutten. 2 maanden geleden was er een man overleden die had geslaapwandeld maar van een rots is gevallen, dus net niet in de vulkaan. We vertelden horror verhalen aan elkaar over mensen die in de vulkaan vielen. Gelukkig is dit nog nooit gebeurd. De laatste uitbarsting van Erta Ale dateert ongeveer 4jaar geleden.

Na een warme maar avontuurlijke nacht op de gesmolten lava vertrokken we net voor de zonsopgang terug naar beneden. Eens de zon aan de hemel verscheen was het niet te houden van de warmte. We verlieten weer de groep en stapten goed door. We kwamen aan in het basiskamp al puffend en zwetend en kregen een heerlijk ontbijt voorgeschoteld. De groep kwam 1 voor 1 aan. Plots was er tumult in het basiskamp. Enkele soldaten liepen heen en weer door het kamp, namen een brancard en liepen richting de vulkaan. Er was een groepje dokters uit Duitsland ook bij onze groep. Een van hen was 74 jaar oud en was met een kameel naar boven geweest. Door de warmte bij het dalen is hij onwel geworden. Men dacht eerst aan een hersenbloeding. Hij had geplast in zijn broek en was bewusteloos geworden op de kameel. Het was nog een goed uur stappen van het basiskamp en de warmte was niet te houden. Ze bleven heel lang weg en we zaten met een bang hart te wachten. Na enkele uren kwamen ze terug aan met hem op de brancard, hij was terug bij bewustzijn. Ze zijn toen met de jeep terug naar Mekele gereden. Wat hij juist had weten we niet maar we denken dat het te wijten was aan dehydratie. Een helikopter bellen kon meer dan 24uur duren en er is geen telefoonbereik. Daar hebben we weer de Russen. Zij gingen beiden ook bijna dood door de tocht en wilden terugkeren met een helikopter. Hij had een sateliettelefoon gekocht maar kon spijtig genoeg niemand overtuigen hen te komen halen met de helikopter. Ze moesten het dus verder doen met ons in de auto zonder airco. Ze gingen maar door met klagen. De man is uiteindelijk over wapens begonnen. Zij wonen in Amerika en houden van wapens. Ze hebben er ook thuis liggen. Ze wonen in een veilige buurt maar als zijn vrouw zou verkracht worden kan hij de verkrachter meteen neerknallen. Daarover wordt er hevig gediscussieerd in de auto. Wij Europeanen zijn helemaal anders dan hen. Hij had in China Europeanen ontmoet en hij wou niet met hen in de auto zitten omdat ze hondenvlees hadden gegeten. Ik stelde voor dat hij me maar uit de auto kon schoppen want ik heb dat ook al gegeten in Ghana. Het feest barstte los. Hij noemde me walgelijk. Als ik hondenvlees eet dan zou ik ook van plan zijn mensen te eten. Want een hond is hetzelfde als een mens volgens hem. Als ik hen zeg dat wij ook kippen eten zegt hij dat een kip gemaakt is om op te eten en honden niet. Wat een gezellige sfeer in de auto. Ze bleven er maar op doorgaan tot ik hen echt moest overtuigen erover op te houden. Er werd gezwegen voor de rest van de dag. In de late namiddag kwamen we aan bij een zoutmeer. Het was er terug erg warm en konden een lauwe duik nemen in het meer, daarna konden we ons afspoelen in een warmwaterbron waarna ik nog warmer had. We sliepen onder de blote hemel naast het meer. De volgende dag hebben we enkel gereden. Er was een nieuwe auto aangekomen met echte airco voor de Russen. Zo waren we verlost van hen en konden Hazel en Paulina bij ons in de auto zitten. FEEST! De Afara bevolking is moslim dus op vrijdag wordt er niet gewerkt dus konden we de kamelen met zoutklompen niet zien. We sliepen die avond in een Afardorp. Het zag er duister, grijs en onleefbaar uit. Marie en ik voelden ons niet op ons gemak daar. We kregen er wel rieten bedden waar we onze matras konden op leggen, iets comfortabeler dus.

In deze regio wordt ook nog aan vrouwenbesnijdenis gedaan. Dit was een groot probleem in Ethiopië maar is nu verboden. In sommige streken wordt deze gruwelpraktijk nog steeds uitgevoerd bijvoorbeeld in Afar. Ik hoorde van de gids dat in dit gebied de vrouwensterfte na bevalling erg hoog ligt. Dit komt omdat de toegang naar gezonheidszorg moeilijk is maar ik denk dat dit ook te wijten is aan de besnijdenissen.

Onze laatste dag gingen we naar Dallol. Het 2e laagste punt op het Afrikaanse continent (-125m) en de warmste plaats op aarde. Het was 38°C in de voormiddag en dit was frisser dan anders, al is de gevoelstemperatuur stukken hoger. Je vond er stenen in alle kleuren. Het leek een koraalrif boven water. We konden bijna niet geloven dat dit nog de planeet aarde was, het leek zo surrealistisch!

Er was ook nog een klein meer gemengd met acid, olie en water. Volgens de gidsen is het een geneesmiddel tegen littekens. Smeren die handel dus! Mijn littekens op mijn benen waren op slag verdwenen, of dat hoopte ik toch!

Op de weg naar de zoutvlaktes bij Dallol zagen we rijen kamelen lopen. Het waren er honderden. Het was indrukwekkend om ze zo te zien lopen langs de vlaktes. De mensen gaan een hele dag werken op de zoutvlaktes om stukken zout uit te kappen. s' Avonds gaan de kamelen met het zout naar het dorp. 1 stuk weegt 20kg en ze dragen zo'n 20 blokken. Ik weet niet wat zwaarder is voor hen, het gewicht of de warmte maar ik denk dat het een dodelijke combinatie is.

Toen we terug in Mekele kwamen, namen we afscheid van Paulina die naar Lalibela vertrok in de vroege ochtend. Wij zouden nog 1 gaan drinken met Hazel en Negasie, onze gids. Uiteindelijk hadden we een geweldige avond en dansten we de nacht in!









dinsdag 24 februari 2015

The highlands

Zondag = vrije dag! Dus we mogen doen wat we willen, er wordt niet gewerkt, behalve bij urgente zorgen! Dus wat doen we... We beslissen niet uit te slapen maar om 6u op te staan voor een heuse bergtocht. We willen graag de beklimming vroeg in de ochtend doen, zodat we de warmte vermijden. Kelat ligt midden een bergketen. Marie had reeds de tocht gedaan met de poliocampagne maar ze zei zeker geen neen om dit opnieuw te doen. Ik was al wat bang met mijn povere conditie, maar ik ging er toch volledig voor. Ik smeerde mijn kuiten in, zorgde voor een overlevingspakket en at nog een banaan, want we zouden ontbijten onderweg. Toen we de deur van onze kamer open trokken, zagen we een dichte mist. Dit hield ons niet tegen en samen met Tekle vertrokken we op tocht. Het eerste half uur had ik het moeilijk met het snelle tempo. Hoe langer we stapten, hoe steiler het werd. Er kwam precies geen einde aan. Telkens ik dacht dat we op de top waren, kwam er nog een stuk. We hebben geklommen met onze handen en voeten. Ik weet dat ik geen held ben in klimmen, maar hier heb ik mijn grenzen verlegd. Het ging makkelijker dan verwacht en ik had er plezier in. Ligt hier een nieuwe hobby op mij te wachten... Spieren in de benen heb ik al, nu nog wat werken aan de armspieren, de conditie en het komt goed. Als we weer bij een steile rots kwamen, mochten we niet nadenken, gewoon doen! Ik vond het soms onverantwoord zonder klimmateriaal maar we hadden Tekle mee, al heeft hij ons nooit naar boven moeten trekken! Er klinkt trots in mijn woorden, maar ik heb er nog geen dikke nek van gekregen, wel een verbrande... Bij elke pauze, genoot ik van het adembenemende uitzicht. We zagen Kelat liggen. Ik kon wel vliegen als de roofvogels toen ik de opkomende zon zag. De lucht had een roze gloed. We zagen wolken in de vallei en rond de bergen, die lichtjes wegtrokken.

Na 2u30 klimmen kwamen we boven op een plateau. Alle bergen zagen er zo uit bovenaan. We hadden tijdens onze tocht geen mens tegen gekomen, maar op deze plateau woonden een 10tal gezinnen. We namen rust langs de rand van het plateau met uitzicht op Sobeya en Eritrea. Toen we besloten terug te dalen, werden we nog uitgenodigd om koffie te drinken bij een familie. We werden ontvangen in een klein stenen huisje naast de koeien, geiten en kippen. Ze schonk ons towa in maar de melk en injera sloegen we af. De koffietas was meer gevuld met suiker dan met koffie maar het smaakte.

De tocht naar beneden ging vlot. We besloten de lange weg te nemen die minder gevaarlijk was. De zon brandde op ons gezicht maar een sjaal hield de warmte gedeeltelijk weg.

We hadden honger maar we moesten ons eerst wassen van Abid toen we aankwamen in de materniteit. We werden verwend en kregen een grote injera met veel verschillende sausjes en zelfs salade. Het was een feestmaaltijd maar ook de beste maaltijd sinds onze aankomst!

We lazen in de namiddag nog een boek en eindigden de avond terug met uno in het huisje van Abid en Tekle.





zaterdag 21 februari 2015

8 pastoors en een zuster

Het zijn die kleine dingen dat een mens gelukkig maakt!

Ik besloot om vandaag naar Sobeya te gaan. We hadden de boekenlijst nodig. Volgende week gaan we naar Mekele en zouden we de boeken kopen die nodig zijn voor in de bibliotheek van de middelbare school in Sobeya. Momenteel hebben ze 2 boekenrekken voor 700 leerlingen.

De vzw heeft een tijdje geleden 2 brommers gesponsord om hier in Kelat en de omgeving rond te rijden indien er thuisverpleging nodig is. Ik vraag aan Abara of hij of Tekle mij kunnen brengen naar sobeya met de moto. Dit zal moeilijk gaan, zegt hij, want ze hebben beiden geen rijbewijs en er is controle op de weg naar sobeya. Ik heb een rijbewijs dus mag misschien wel met de brommer/moto rijden. Abara leerde me gisteren de kneepjes van het vak maar het is moeilijker dan verwacht, want de wegen zijn hier een ramp. Overal grote stenen en diepe putten op en in de zandwegen. Ik neem het risico niet dus brengt abara mij naar de splitsing van Sobeya en Adigrat. Na bijna 5 keer vallen omdat Abara veel te traag rijdt en dus vaak zijn evenwicht verliest, ben ik toch veilig aangekomen. Er zitten heel wat mensen te wachten op een bus richting Sobeya. Het is namelijk marktdag daar, dus ook de bussen zitten vol. Na een half uur wachten, beslis ik te voet te gaan. Het zou 1u -1u30 stappen zijn. Ik heb in mijn rugzak water, fruit en snoep, dus ik zou het wel overleven. De mensen aan de splitsing raden het me af omdat ik een buitenlandse ben, maar ik vertrek toch. Ik geniet er van, alleen op stap in de zon, luisterend naar de geluiden om me heen. Na 20min stopt er een jeep naast me. Er zitten 8 pastoors en 1 zuster in. Ze zijn op weg naar een begrafenis van een 12jarige jongen die gestorven is aan een ziekte, specifieker waren ze niet. De begrafenis gaat door in Sobeya en ze bieden me een rit aan. Daar zeg ik geen neen op. Na elkaars nummers uitgewisseld te hebben en de gekende paspoortcontrole door het leger zijn we al snel in Sobeya. Ik stap meteen naar de directeur zijn huis. Zijn vrouw maakt meteen koffie voor me en laat iemand haar man zoeken. Hij komt na een 10tal minuutjes het kleine huis binnen gewandeld. Hij biedt eten aan, wat mooi meegenomen is op de middag. Hij geeft me de boekenlijst. Ik bespreek ook met hem de datums voor mijn volgend bezoek. Na een uitgebreide maaltijd (pasta met injera) ga ik nog langs de markt om rijst, kruiden, bananen en een spiegel te kopen. Als Marie weg is heb ik niemand meer die zo eerlijk zal zijn over hoe ik er echt uit zie!

Op de bus terug naar de splitsing met Kelat, leer ik een vrouw kennen. Zij is leerkracht aan de lagere school van kelat en nodigt ons uit om maandag naar de school te komen. Ze spreekt goed Engels! Ze heeft heel wat eten gekocht op de markt en er staan al mensen te wachten aan de splitsing om te helpen dragen. Ze willen niet dat ik help dus begin ik mijn staptocht naar kelat alleen. Na een sanitaire stop tussen te cactussen, loop ik 2 vriendelijke mannen met een zak teff op hun hoofd tegen het lijf. Ze roepen naar mij "dokter dokter" en geven me een onmiddelijk een hand. We kunnen spijtig genoeg niet communiceren maar ze tonen me wel een kortere weg naar Kelat langs de velden. Met de ondergaande zon op mijn huid en die 2 oudere Ethiopische mannen in traditionele klederdracht, loop ik al glimlachend mijn 2e thuis tegemoet! Ik heb weer een leuke dag gehad met fijne ontmoetingen. Ik verlang naar de dingen die nog moeten komen, maar ik ben al gelukkig met de dingen nu!


vrijdag 20 februari 2015

"Gasten lik Jezus z'n verrezen, maar ik spele da nie klaar"
-Het zesde metaal- Ge zwiegt-


dinsdag 17 februari 2015

De kust is veilig!?

Ik raad aan dat de mensen die erg bezorgd zijn dit verhaal niet lezen. Al geef ik gelijk aan alle nieuwsgierige!

We bezochten deze ochtend de school in Sobeya. Eerst spraken we met de directeur over de investeringen die nodig zijn, zoals extra computers, projector, schoolbanken, boeken... We volgden een les aardrijkskunde, geschiedenis en Engels mee. Telkens als we ergens binnen gingen stonden de leerlingen recht en als we naar buiten gingen klapten ze in hun handen. Tijdens de les was het muisstil in de klas maar wanneer we een voet buiten zetten, schaterden ze het uit!
Omdat het niet mogelijk was om naar de danakil depression te gaan deze week, besloten we terug naar Kelat te gaan. We moesten eerst naar Adigrat om inkopen te doen. Tesfalem had een auto kunnen regelen die ons erna naar Kelat zou brengen. Die liet heel lang op zich wachten.

Om 20u00 kwam de auto ons eindelijk halen aan een tankstation. Het was al pikkedonker en er waren geen sterren te zien door de dreigende regenwolken. De jeep ging eerst langs een verlaten steegje om benzine te kopen want de tankstations waren leeg. We hadden nog een hele weg te gaan. Het was ongeveer 1u30 rijden naar Kelat in de bergen, langs hobbelige zandwegen. Er is geen straatverlichting en dus al zeker niet op de verlaten wegen zoals die naar kelat.
Na 20min rijden werden we tegengehouden door een legerpost. Zij deden moeilijk om de weg vrij te maken en lieten hun kolonel komen. Hij vertelde dat hij ons niet kon doorlaten. Zoals jullie wel weten ligt Kelat op enkele kilometers van de grens met Eritrea. De kolonel kon ons niet verzekeren dat de weg veilig was. De omgeving wordt telkens in de vroege ochtend uitgekamd op bommen of Eritrese spionnen. Vooral omdat wij buitenlanders zijn kon dit voor problemen zorgen. Hij vroeg ons of er iemand van onze trip op de hoogte was. Toen ik zei dat enkel de verpleegkundigen van onze komst afwisten, twijfelde hij. De chauffeur kon hem uiteindelijk overtuigen ons door te laten. Ik was enorm op mijn hoede en durfde het verhaal niet meteen aan Marie te vertellen. Zij zat in de auto te wachten.

We reden door, de bergen verder in. De weg lag er modderig bij door de regenval. Bij de splitsing van Sobeya en Kelat raakte de auto in moeilijkheden. De chauffeur en zijn vriend stapten uit om het probleem op te lossen. Marie en ik zaten stilzwijgend naast elkaar. We hadden geen ontvangst op onze gsm om Tekle te vertellen dat we later zouden aankomen dan verwacht. Toen de chauffeur een steen uit de struiken wou nemen kwam er een geweer te voorschijn gevolgd door 5 mensen. Ze hadden donkere gewaden aan en we zagen dat er 2 vrouwen bij waren. 1 kleine vrouw met grote handen die een geweer stevig vasthield tegen haar borst. De ander, stevig gebouwd en iets groter dan mij, had een groene doek rond haar hoofd en keek met doordringende dreigende ogen naar ons. Ze lieten ons uitstappen. Ze spraken ook Tigrigna. Marie en ik konden geen woord uitbrengen door de angst. Ik struikelde maar kon me nog net vasthouden aan de auto. De 2 vrouwen onderzochten de auto en de 3 andere mannen fluisterend onderling. De vrouwen namen het eten in beslag en gebaarden dat we de rugzakken uit de auto moesten halen. We deden ze open maar ze waren niet geïnteresseerd in wat erin zat. Ze discussieerden onderling met de mannen en we werden verplicht hen te volgen. We namen zelf onze rugzakken mee. Ik droeg een kleedje en sandalen en was dus niet voorbereid om lang te stappen. Omdat we door dicht struikgewas stapten, scheurde de huid van mijn benen open. Ik voelde het bloed langs mijn enkels naar beneden lopen. Nog steeds durfden we niets zeggen, maar ik hoorde Marie lichtjes snikken. Ook ik kon mijn tranen niet tegen houden. We namen elkaars hand vast en stapten verder gevolgd door de 2 vrouwen. Mijn hart bonste in mijn keel, mijn mond was kurkdroog en elke stap werd zwaarder. Ik dacht aan thuis, aan de libel waar ik zo graag zit met Liene en Mariele, genietend van een warme zomerbries en met onze voeten in het water, vertellend over alle daagse dingen... Ik werd al snel wakker geschud. We kwamen bij een wit gebouw aan, die ons vertrouwd leek. Tekle stond ons al zwaaiend op te wachten met een lachende Abara naast hem! Ze knuffelden ons stevig en waren blij ons terug te zien, en ja, wij ook! We waren thuis!

Dit was het verhaal dat ik me volledig kon inbeelden nadat het Ethiopisch leger ons had tegengehouden. Ik hou van drama maar we hebben uiteindelijk een veilige rit gehad!
Deze ochtend zagen we een hele stoet van het leger in Sobeya. Ze verkennen momenteel de omgeving en doen oefeningen in de bergen. Ik heb het gevoel dat het Ethiopisch leger zich aan het voorbereiden is voor iets. Ik geloof dat Kelat veilig is voor ons maar ik heb bedenkingen bij de relatie tussen Eritrea en Ethiopië.


zondag 15 februari 2015

Allemaal beestjes

Jeuk... Verkoudheid... Misselijk... Krampen... Moe...Slapeloze nachten... Ik heb het allemaal! Het is een fantastische ervaring maar de nodige kwaaltjes moet je er soms bij nemen. Van veel kunnen we de oorzaak achterhalen. De hoogte en droogte zijn de oorzaak van mijn verkoudheid en vermoeidheid. De koffie is de reden voor mijn slapeloze nachten en het rauw vlees de reden van mijn krampen en misschien de misselijkheid op dit moment. Maar de jeuk... Daar zijn we nog niet achter gekomen. Ik heb sinds mijn aankomst enkele rode bulten. Elke dag komen er bij. Marie doet momenteel research. Wie de boosdoeners zijn, weten we niet zeker, het kunnen vlooien, bedwants, schurft, muggen...zijn. Maar nog niets is zeker! Ik hoop vooral dat het snel verdwijnt!

We zijn vandaag naar Fatsi geweest voor de opening van een nieuw deel in de primary hospital. Er was veel volk aanwezig en de mensen dansten op het grote grasveld naast het ziekenhuis. Het leger en de politie waren ook aanwezig. Toen we aankwamen werden we door iedereen nagekeken. We kregen meteen wat te drinken en een injera met rauw vlees. Het kon Marie en ik weinig smaken. We namen wat foto's van het feestgedruis en ik eindigde al lachend tussen het leger en de politie agenten. Ik ben benieuwd naar de kiekjes!

Ik sprak vandaag met Tesfalem over de mogelijkheid om een vluchtelingenkamp te bezoeken in het Oosten. Dit blijkt niet meteen moeilijk te zijn omdat hij mensen kent die er werken! Als dit lukt zou het de kers op de taart van heel mijn avontuur zijn! Ik ben heel benieuwd en zal dit proberen te regelen voor in mei! Wat is het handig om een contactpersoon te hebben hier!




zaterdag 14 februari 2015

Axum

Mijn ouders zijn beter voorbereid dan ik... Mijn vader kent ondertussen de geschiedenis vanbuiten. Hij zou een perfecte gids geweest zijn in Axum. Al moet ik daarvoor wachten tot hij op bezoek kom volgende maand. Marie en ik zijn op voorverkenning geweest. Axum is een stad die bekent staat als een historisch pareltje in Ethiopië. 3 eeuwen vóór Christus was het de hoofdstad van toenmalige Axumite Empire en is nog steeds de spirituele hoofdstad van de Ethiopische orthodoxe christenen. We hadden er heel wat van verwacht!

We namen een tuctuc (plaatselijke bus) vanuit Adigrat vroeg in de ochtend. Het was een adembenemende rit door de bergen. De tuctuc bracht ons tot aan de deur van het Africa hotel. Axum is het gewoon om toeristen te ontvangen en dat voelden we meteen aan de opdringerige mensen op straat. De kinderen vroegen telkens om geld of snoep. We verkenden de stad en gingen naar het main steal field, een grasveld met enkele nog rechtstaande obelisken en rotsblokken. Veel was stuk en stelde weinig voor. We gingen ook gaan kijken naar de queen of Sheba's swimming pool, maar dit was gewoon een vijver waar mensen hun was in deden. We regelden een gids om de sites buiten de stad te bezoeken voor de volgende dag. In de namiddag genoten we van verkoeling in het zwembad bij een chiquer hotel.

De tour van de volgende dag zou 6uur duren. Omdat er in Axum verder weinig te beleven viel vroegen we aan de gids om ons erna naar Adigrat te brengen. Hij raadde ons sterk aan ook een bezoek te brengen aan het paleis Yeha die op de weg lag naar Adigrat. Het zou ons samen 3500birr kosten, duur maar we dachten dat het de moeite waard was. De gids vertrok samen met ons naar the Gobedra Lioness, een leeuw die in een rots is gekerfd. De mythe zegt dat aartsengel Michael aan deze rots heeft gevochten met een leeuw. Hij weerde de leeuw zo krachtig van zich af tegen de rots dat de leeuw een afdruk maakte in de rots. Ik kan het me al levendig inbeelden!

We bezochten ook de ruïnes van het Dongar palace of ook gekend als het paleis van de Queen of Sheba. Zij was de koningin van Seba, een koninkrijk die vermoedelijk gelegen was in Ethiopië en Jemen. In Ethiopië beweert de keizerlijke familie dat zij afstammen van de koningin van Sheba en koning Salomo van Israël; hun zoon Menelik zou de eerste Ethiopische keizer zijn geweest. Na de graven van koning Kaleb en zijn zoon Gebre Meskel (6e eeuw na Christus) te bezoeken nam de gids afscheid van ons. De tour had maar 2u geduurd, maar was wel interessant! We bezochten kort Adwa, een kleine industriestad en gingen naar Yeha. Er waren Duitse archeologen aan het werk en er was verder weinig te zien. We betaalden 300birr voor de ingang om een kerk te zien. De kerk mochten we niet bezoeken maar de ruïnes ernaast wel. We vonden dit schandalig. We hebben 1000birr meer betaald om naar yeha te gaan, 300birr voor de ingang, om uiteindelijk niets te zien! We waren heel erg kwaad en eisten ons geld terug maar met weinig succes. Het is jammer dat men zo misbruik van ons heeft gemaakt. Achteraf zei Tesfalem dat dit veel te veel geld was. Slechte reclame voor de gids en Yeha, want daar stuur ik de Belgische bezoekers niet naar toe!




woensdag 11 februari 2015

Tropische ziekten

Ooginfecties, longproblemen en geweld zijn de meest voorkomende problemen waarvoor mensen zorg nodig hebben hier in kelat. Ik ben verwonderd van het hoog aantal mensen met trauma door geweld. Mijn eerste indruk is dat de mensen hier vredevol zijn. Ze zijn rustig, vriendelijk en beleefd. Maar vooral 's avonds breken de woede uitbarstingen uit. Men zegt dat het door de towa komt, ik weet niet of dit de enige reden is... Ik heb vandaag heel wat oogproblemen gezien. Mijn handboek met tropische ziekten komt nu wel echt van pas. Van conjunctivitis tot oogtrauma, jong en oud. Ze hebben hier druppels en oogzalf maar de mensen worden ook vaak naar Adigrat gestuurd, waar men gespecialiseerd zijn. De longproblemen kunnen we zelf ondervinden. Ik heb nog een zwaardere verkoudheid, de slijmen komen van dieper en mijn neus is gebarsten van al het snuiten. De lucht is hier zo droog dat ik 's nachts vaak wakker word om te drinken.

Vandaag hebbenwe onze 2e bevalling geassisteerd. Het kindje was al geboren onderweg maar bij de nabevalling kreeg vroedman Abara assistentie van Marie. Het kindje, een meisje, woog 2,8kg. Omdat het kindje heel ongedurig was na de bevalling heb ik het lange tijd mogen vasthouden zodat de mama kon rusten. Ze had het allemaal, vingertjes, nagels, teentjes, een neusje, 2 oortjes, donshaartjes op het aangezicht en een mutsje gebreid door mijn mama.

Na heel wat frustraties en weinig hulp hebben we de ene container helemaal kunnen ledigen. Een mooie maar spijtige job want hoe konden ze toch al dit mooi materiaal zo laten verwaarlozen. Het is volgens hen door termieten maar het is nooit zo ver mogen laten komen. Een les voor andere projecten. Zorg dat bij het aankomen van materiaal iemand helpt om te ledigenen en uileg te geven bij het materiaal. Abid heeft bijvoorbeeld mooie posters ophangen met schuimverband. Ik weet de prijs niet vanbuiten maar laten we zeggen dat de muur er alvast geen voordeel uit haalt!
Ik wil nog even de gebuur en zijn zoon vernoemen voor de grote hulp bij het ledigen van de container. Hierbij een welgemeende dank!

We hebben Tekle en Abid UNO geleerd. Ook hebben we gedanst op stromae en hebben we dieren nagebootst. Met als gevolg dat Marie bang was om terug te stappen naar ons kamer omdat er vossen op het terrein blijken te zitten.

Ons drinkbaar water is op en in onze reisgids wordt afgeraden om te drinken van het pompwater, al zullen we het risico moeten nemen. Gelukkig gaan we morgen naar de bewoonde wereld, namelijk Adigrat en zullen we de toerist uithangen in Axum voor de volgende 2 dagen.

Zou de toerist uithangen leuker zijn dan het werk in Kelat? Ik betwijfel het want ik zou hier willen blijven!



maandag 9 februari 2015

Container

En berg werk verzet.

Deze ochtend hebben we een container open gedaan. Aan de container met groot medisch materiaal mochten we nog steeds niet aankomen. Hopelijk kunnen we Abara later nog overtuigen om toch minimum een inventaris op te maken. Maar prioriteit was de andere container. Er kwam een geur van oud karton, stoelgang en dode beesten uit. We zijn met z'n allen vol energie begonnen, Marie, ik en de 3 verpleegkundigen. We haalden het nog bruikbaar materiaal eruit. Volgens Abara was alles nog bruikbaar, maar we hebben streng toegezien dat er geen vuil of kapot materiaal werd gehouden. We probeerden met handen en voeten uit te leggen dat het materiaal kon besmet zijn met bacteriën van de muizen of ratten.

Ondertussen kwamen er patiënten naar het ziekenhuis. Er worden dus niet enkel bevallingen gedaan. Tekle nam me mee naar de wachtrij. Ze hadden een vrouw binnen gebracht op een zitbrancard, zelf gemaakt. Ik mocht de bloeddruk, temperatuur en pols meten. Ze had bloederige diarree, zware buikkrampen en voelde zicht futloos. Marie prikte een infuus. Ze was duidelijk gedehydrateerd. Hoe het verder is gelopen met haar weten we niet. Wel dat al haar mankracht heeft geholpen met een groot deel van de container te ledigen. Verder was er nog een jongen die 2 grote hoofdwonden had na een gevecht. De wondzorg volgens Tekle is toch wel heel verschillend met die van mij, maar steriel was hij wel! Er was ook nog een vrouw met chronische bronchitis. Het werk werd goed verdeeld. Tekle deed de consultaties, Abid de medicatie en betaling en Abara de administratie. Tekle legde heel goed uit hoe de consultaties verliepen en hij liet me meteen heel wat doen. Ze zijn hier niet terughoudend voor oefening!

Tegen de middag was het heel erg warm. Iedereen begon zijn ding te doen met het materiaal. De frustraties begonnen hoog op te lopen bij Marie en ik, dus hebben we beslist het werk even stil te leggen. Voor ons tot na het middagmaal, voor hen tot morgen. Marie en ik hebben na een heerlijke enjira het materiaal gesorteerd en in onze kamer gestockeerd. Eenmaal wij weg zijn, kunnen ze de volledige ruimte gebruiken om materiaal op te bergen.

Iedereen neemt hier meer dan zijn tijd en als het vandaag niet is, is het morgen wel. Ik was gewaarschuwd op voorhand maar het is toch aanpassen. Ik zou hier kunnen blijven werken, maar zij stoppen al vroeg in de dag.

De dag vloog voorbij. We werden 's avonds nog uitgenodigd op een geboortefeedt. Marie bleef thuis maar ik wou even gaan piepen. Iedereen zat onder een grote tent. Er werd gezongen en gedanst en er werd weer rijkelijk towa geschonken. Na 1 glas wou ik terug naar Marie, maar dit was zonder de wil van de andere genodigden gerekend. Iedereen trok me terug naar binnen en hielden me tegen. Gelukkig was de wacht van het ziekenhuis erbij die de mensen van me af hield. Ik schrok van zijn geweer die aan zijn hand bungelde, maar niemand keek er van op. Ik ben zo wel veilig thuis geraakt in het pikkedonker over het land. Even een tussenstop gemaakt om naar de sterren te kijken en ik ging terug naar Marie en Abid. Ze had nog wat spaghetti en gebakken banaan gemaakt. Ik eindig de dag terug in mijn kamer al schrijvend, vermoeid van een harde werkdag.


zondag 8 februari 2015

Mijn eerste bevalling!

Als een leven eindigt, begint een nieuw!

Ik had het niet verwacht maar al op dag 2 in Kelat heb ik een geboorte van een nieuw leven mogen bijwonen, of eerder mogen assisteren. Ik heb de les van Floor Caron meteen kunnen toepassen, hierbij een grote dank aan haar!

Vanmorgenvroeg vertrok Marie de bergen in voor de poliocampagne. Het bleek achteraf een prachtige tocht te zijn en ze heeft de top van de berg bereikt!

Ik dacht een rustige dag tegemoet te gaan omdat het zondag is, en er dus niet gewerkt wordt. Ik at brood met ei en startte de dag met reepjes knippen van een grote papierrol voor toiletpapier. De rode ridders zijn aangekomen bij Marie, dus niet ideaal in zo'n omstandigheden en zonder toiletpapier. Ik genoot van de ochtendzon. Daarna wou ik de containers graag vanbinnen bekijken. Ik moest de vroedman Abara overtuigen en wat ik zag was erger dan verwacht. De grond van de container was bezaaid met medisch materiaal zoals handschoenen, verbanden, schorten... Alles kapot gebeten door muizen en ander ongedierte (vermoedelijk termieten). Al het materiaal was beschadigd. Ik uitte mijn ongenoegen maar kreeg hier weinig reactie op. Ze weigerden er iets mee te doen en stuurden me door naar de woreda met mijn bevindingen. Ik zal dit niet enkel aan de woreda moeten melden maar ook aan de vzw, en dat bevalt me minder. Al het materiaal komt vanuit Belgie en verzameld door giften.

De andere container was gevuld met groter materiaal, zoals een tiental rolstoelen, noodgenerator, 2 kasten, dozen met operatiemateriaal en medicatie die ik meteen weggegooid heb omdat het over datum was. Ik zei hen dat ik het materiaal zou verdelen over de andere medische centrums in de omgeving maar dat beviel Abara niet. Hij zei me dat de materniteit zou uitbreiden naar het grootste medisch centrum in de regio en dat ze dat materiaal nog zouden kunnen gebruiken. Ik had daar mijn twijfels over maar hij bleef voet bij stuk en sloot meteen de container. Deze container zal waarschijnlijk gesloten blijven tijdens mijn verblijf. Al hoop ik daar nog iets op te vinden. Ik zal blij mogen zijn als ik de andere kan leegmaken. Ik verwacht een groot kampvuur deze week!
Ik ledigde nog onze kamer en smeet heel wat onbruikbaar materiaal weg.

Abara zei me terloops dat er een vrouw zou bevallen, maar dit drong niet meteen door tot hij plots riep "workclothes, now!" dus ik trok meteen een lange broek, mijn schort en sandalen aan. De ambulance kwam aangereden en in plaats dat er een vrouw uit sprong, moest ik erin! Samen gingen we naar de bergen, 15min verder rijden om de vrouw op te halen. Het was de ambulance van Sobeya. Toen we aankwamen moesten we nog even klimmen om het huis te bereiken. Ik hoorde een vrouw roepen. We vonden haar op een rieten bed en droegen de vrouw naar beneden, haar vruchtwater brak in onze armen. Het zou snel moeten gaan. Een helse rit dus terug naar het ziekenhuis! Toen we aankwamen plaatsten we haar meteen op de tafel. Ik deed mijn handschoenen aan en ik mocht even voelen in de vagina waar ik meteen het hoofdje voelde. Ik probeerde via een hoorbuis de het hartritme van de baby te horen, tevergeefs,  ik hoorde enkel de hartslag in mijn keel! Enkele minuten later werd het hoofdje zichtbaar en kwam het nog geen minuut later helemaal naar buiten. Alles ging zo snel. Met mijn geklungel glipte het kindje bijna uit mijn handen maar kon het nog net op de moeder leggen. Abara sneedt de navelstreng door en ik zag dat het een meisje was. Ze werd meteen op de weegschaal achtergelaten en we begonnen met de nabevaling. Ik moest de buik goed masseren, de mama moest hoesten en persen. Abara trok voorzichtig aan de navelstreng. Na ongeveer 20min kwam de placenta helemaal eruit. Abara gaf heel wat uitleg. Ik nam het kindje vast in mijn armen en gaf het toen over aan de mama. Ik deed een mutsje cadeau dat mijn mama had gebreid en ik kreeg glinsterde mama ogen terug. Omdat Marie er niet was kon ik mijn geluk niet meteen delen. Ik sprong naar buiten en danste even mee met de familie die ondertussen was aangekomen. Ik belde meteen even naar huis en werd toch een beetje emotioneel. Het was een heel speciaal moment. Mijn avontuur in Ethiopie is nu al geslaagd!

Ik bracht heel wat tijd door bij de mama en de baby. In de namiddag nam ik wat tijd om Abid computer les te geven. Marie en ik hadden 3 laptops mee. Ik startte met de basis; opstarten en uitschakelen van de computer en een wordbestand openen en opslaan.

Marie kwam rond 15u terug van haar tocht. Ze zag er vermoeid uit maar nam haar meteen mee om de baby vast te nemen. Na de fotoshoot, namen we een badje buiten in de zon. Ohja, we waren even op chirokamp en dat deed deugd!

We vertelden over onze dag en aten een broodje met gebakken banaan en choco. We waren van plan Abid uno te leren omdat Tekle en Abara naar een huwelijksfeest gingen. De moeder ging op een draagbarry naar huis. Abid, Marie en ik zaten buiten nog wat te genieten van de ondergaande zon toen er 2 jongens aankwamen. We begrepen het niet goed maar gingen mee met Abid. 1 van hen deed zijn sjaal uit en er bleek een stuk uit zijn oor te ontbreken. Abid ontsmette het meteen en Marie en ik assisteerden haar. Er was heel weinig licht en ik liep achter mijn koplampje die het na 5min al begaf. Dan maar met het licht van onze gsm. Het oor werd genaaid en hij kreeg medicatie mee. Hij zou gedurende 3 dagen elke dag moeten langskomen om de wonde te reinigen. Hij zou hiervoor 64birr betalen, wat overeenkomt met €2,78.

De bewogen dag eindigde voor ons , of dat dachten we toch. Net voor we naar ons kamer gingen kwamen Tekle en Abara aan. Zij waren in feeststemming. Er was duidelijk veel towa (plaatselijke drankje met alcohol) gedronken . Tekle danste als een duracel batterij en Abara als een vertraagde robot de nacht in! Hilariteit alom en we maakten er ons eigen nurse-kelat-party van!



zaterdag 7 februari 2015

Poliocampagne

Waarom het makkelijk maken als het moeilijk ook kan. Of waarom het pad volgen als je rechtdoor kan stappen. Dat zijn nog maar enkele meningen van Tekle en zijn moeder. Tekle is de verpleger met wie ik vandaag ben mee gegaan voor de poliocampagne. Ik had me ongerust moeten maken toen ik vanmorgen om 6u op moest staan en hij meteen mijn stapsandalen afkeurde. Ik kreeg een stevig ontbijt voorgeschoteld; injera met ei, bonen en aardappelsaus. De start van onze wandeling was fantastisch. De omgeving van kelat is adembenemend. Droge zanderige ondergond, bruine bergen en een zee van cactussen. De zon kwam op en verspreidde een roze gloed over de lucht. Ik ging Tekle achterna met mijn rugzak met wat ratsoen (fles water, koek, banaan en frutella's) in en zijn moeder met de vaccinatiebox in mijn kielzog.

Alle kinderen onder de 5 jaar krijgen 2 druppels op hun tong van het poliovaccin. Bij ieder kind die het kreeg werd de R pink blauw gekleurd. Soms moest ik Tekle eraan herinneren dat het kind nog het vaccin moest krijgen want dit vergat hij vaak na telkens een heel verhaal te vertellen tegen de ouders/broers of zussen/gebuurs... Ook werd er een nummer op elk huis getekend met krijt. Daar stond een N op wanneer er geen kinderen waren onder de 5j of een V wanneer wel. Dan telkens een R2, waarvoor de ouderdom stond volgens Tekle al zouden alle kinderen 2j zijn volgens hem. En dan als laatste 2007, dit staat voor het jaar getal.
Voor hen is het vandaag 30januari 2007. Ook het uur is anders. Zij beginnen de dag 's morgens om 0u wanneer het voor ons 6u is, de dag eindigt om 12u en dat is voor ons 18u.

Rond 10u 's morgens mijn tijd kreeg ik mijn eerste gerecht weer injera met de nodige koffie.
De tocht van het ene huis naar het andere werd zwaarder. Zoals ik eerder zei, ze lopen graag recht ipv het pad te volgen. Zo kon ik mijn klimtechnieken goed gebruiken en werden mijn benen gepijnigd door de cactussen. De mensen waren heel vriendelijk en gastvrij. Ik mocht overal binnen en proefde van hun eigen keuken. Met een telkens vollere maag stapten we dieper de bergen in. Towa, de plaatselijke coctail met de nodige alcohol werd vaak geschonken. Ook mocht ik drinken van verse melk, die voor mij een witte pap was die naar zure yoghurt smaakte. Het koste heel wat moeite om dat op te drinken en mijn gezicht niet te laten betrekken, want de hele familie keek mee. "Tuueem!" (lekker) en iedereen lachte! Ze vinden het heerlijk als ik Tigrigna spreek. Ze willen het me allemaal leren, want communiceren is beperkt in het Engels.

Toen ik de injera, de towa, de melk en koffie beu was, wou ik graag terug naar het ziekenhuis. "We zullen terugkeren naar Kelat" zei Tekle, maar met de nodige stops bleek achteraf. We gingen langs een huis waar heel wat mensen bijeen zaten. De stieren die net geslacht waren hingen aan het plafond en alle ingewanden werden netjes gesneden. Hopen injera lagen klaar om opgegeten te worden. Ik kreeg net geen attack. Ze waren enthousiast dat ik foto's nam. Gelukkig was alles voor de volgende dag. Er zou een ceremonie zijn bij de monniken bovenaan de berg. Ik zou hiervoor passen want het geklim zou ik niet overleven na zo'n dag als vandaag, al had ik het graag wel mee gemaakt. Voor we weg gingen, kregen we nog wat towa, 2 glazen melk en injera met verse gebakken lever. Ik hoop dat deze stier toch geen hepatitis had, of ik mag mezelf een klap in mijn gezicht geven, want weigeren durfde ik niet.

Om 17u keerden we eindelijk echt terug naar het ziekenhuis waar Marie me stond op te wachten. Er werd vandaag niet gewerkt in het ziekenhuis. Na mijn verhalen te horen, stond ze te springen om zelf op pad te gaan de volgende dag. Een gewaarschuwd man is er 2 waard!

Een echt avontuur met heel wat ontmoetingen en leerrijke verhalen. Ik zou het geen 2x doen, maar niemand neemt me dit nog af! Kelat is misschien enorm afgelegen maar ik voel me hier wel thuis!





donderdag 5 februari 2015

Tigray!

Vandaag was het de grote dag. We zouden eindelijk naar Sobeya/Sebeya en Kelat/Kleat/kilat gaan. We hadden om 9u afgesproken met Tesfalem. Hij had wéér een vriend mee. Ons materiaal werd snel ingeladen in de jeep en ik discussieerde voor het vertrek nog even met Tesfalem over het nut van zijn vriend die de hele dag mee zou gaan. Support is belangrijk en hij zou ons met veel mensen in contact brengen. Behalve onze koekjes op te eten en plaats in te nemen konden we weinig van dat nut profiteren...

We brachten eerst een bezoek aan Fartsi, een stadje dichtbij de grens met Eritrea. Daar ontmoetten we leden van de Woreda, het regionale bestuur.

In de regio zijn er 3 ambulances in gebruik. Deze zijn verdeeld over de dorpen/gemeenten. Zo kunnen er snelle interventies plaatsvinden tussen de ziekenposten. Er is een indeling van "ziekenhuizen" ; kelat heeft een gezondheidspost met materniteit waar 2 verpleegkundigen en 1 vroedman werkt. Er kunnen vrouwen bevallen en er worden eerste zorgen toegediend. In Sobeya heb je een gezondheidscentrum waar 23 verpleegkundigen en vroedvrouwen werken, er gebeuren geen ingrepen maar er kunnen vrouwen bevallen en mensen verblijven met HIV, malaria, COPD en tuberculose. Ze hebben een koelkast met poliovaccinaties en er is een klein labo. In Fartsi heb je een primary hospital waar kleine ingrepen plaats vinden, trauma verzorgt worden en keizersnedes worden uitgevoerd. Bij complexe gezondheidsproblemen kunnen de patienten met een ambulance naar Adigrat worden gebracht. De stad heeft een ziekenhuis waar dokters en verpleegkundigen werken en allerlei ingrepen doen.

Na Farsti reden we naar de grensstad van Eritrea. We hebben even een stap op Eritrese grond gezet. Je voelt terk de aanwezigheid van het leger. Het grensstadje heeft duidelijke geleden onder de oorlog die werd uitgevochten tussen Ethiopie en Eritrea, vroeger een regio van Ethiopië maar is sinds 2002 onafhankelijk . Het enige wat ik weet over dit land is dat het het Noord Korea wordt genoemd van Afrika en dat wij in het opvangcentrum een grote toevloed hebben van jonge eritreërs. Tesfalem vertelt dat er familie van hem woont. Zij willen niet slecht spreken over hun land. Ze zijn zelfs trots op hun land maar vinden dat ze slecht geregeerd worden. Hij geeft geen duidelijk antwoord als ik vraag waarom, maar hij heeft wel toe dat iedereen verplicht wordt om naar het leger te gaan. Ook zegt hij dat de regering een dictatuur is en enkel het leger belangrijk is. Als ik vraag naar de gruwel daden binnen het leger wuift hij dit weg. Is het door onwetendheid of om ons dit te besparen? Ik zal het nooit weten

Na het Eritrees landschap te bewonderen, wat weinig verschilt met dat van Tigray, trekken we richting Sobeya.
We worden er warm onthaalt met een hele stoet mensen. Ze klappen en zingen voor ons. Er wordt verwacht dat we een kleine speech geven bij de school. Na dat overleeft te hebben en uiteindelijk wel mooie woorden gezegd te hebben zoals "hulp en hoop heeft de mens nodig om goed te functioneren" en "we zijn dankbaar hier te mogen zijn" ..., kregen we een hele maaltijd voorgeschoteld. Na een koffie op traditionele wijze waren we goed aangesterkt om naar Kelat te gaan. De weg ernaar toe is een ramp. Enkel met een jeep kan je er geraken. Het was erger dan verwacht. Daar gaat onze fantasie om door het land te cruisen met een brommer. We weten dat vervoer een ramp zal zijn, waardoor we beperkt zullen zijn in vrijheid.

De omgeving is prachtig maar ook heel droog, dus ook het nodige stof kruipt overal.
In kelat reden we meteen door naar het ziekenhuis. Er was een begrafenis dus werd er een hele ceremonie voor ons ontvangst bespaard.
Wat we te zien kregen was een groot verschil met het ziekenhuis in Farsi of het gezondheidscentrum in Sobeya. Er is geen stromend water (meer), de toiletten en douches werken niet, de deuren zijn kapot, de ruimtes worden niet gebruikt waarvoor nodig, de containers zijn gesloten met heel wat materiaal in.
We werden ontvangen in het huisje van de verpleegster, Abid. Zij zou koken voor ons tijdens ons verblijf. We voelen dat niemand van hen Engels spreekt, dus onze armen en voeten zullen goed gebruikt worden! Tesfalem wou nog even vertalen om enkele dingen te bespreken. Zo moet het lopend water dringend hersteld worden, vooral omdat hier reeds werd investeerd. Dit blijkt helemaal niet makkelijk te zijn en is het de woreda die dat wat tegen houdt. Die zullen snel van ons horen. We spreken af met tesfalem dat hij een afspraak moet maken met de woreda en dat hij voor een technieker moet zorgen die de deuren en verlichting moet herstellen.
Ook wordt er gesproken over een labo. Dit zal nog heel wat energie en tijd vragen. Eerst moeten we en akkoord krijgen van de woreda om dit aan te schaffen. Dan moeten we materiaal vinden en dan zal de woreda nog op zoek moeten gaan naar een laborant. Dit zijn zorgen voor later. We kregen terug wat te eten en de nodige koffie. Het lokaal die we zouden gebruiken om te slapen werd samen met de verpleegkundigen en de wacht opgekuist. Na een stad spinnen aan te vallen en bergen stof te verwijderen maakten we ons eigen plekje. Zelfs het toilet werd schoon gemaakt. Er werd besproken dat ik morgen mee zou gaan met Tikle voor een poliocampagne in de buurt en Marie zou in het ziekenhuis blijven met Abid en Abaraha. Spannend! We namen afscheid van tesfalem.

Alles werd voor even donker maar toen zagen we de hemel verlichten met al zijn sterren en vergaten we alles wat ons te wachten zou staan.





dinsdag 3 februari 2015

Motor stuk!

Wat een begin... het moment dat we in Mekele zouden moeten aankomen, zaten we nog steeds in Zaventem. Als het om vliegen gaat, heb ik het geluk niet echt mee. We stonden klaar om op te stijgen toen bleek dat de motor stuk was. Beter op de grond dan in de lucht! Uren hebben we in het vliegtuig zitten wachten, toen we eindelijk eruit mochten. We kregen een hotelnacht aan de luchthaven en zouden de volgende dag meer nieuws krijgen. We ontmoetten Greet, een mama van 3 tienerdochters die haar leven voor een maand achterlaat om te werken als opvoedster in Kenya. Ook waren er 3 meisjes uit het Leuvense die hun stage vroedkunde zouden doen in Kenya. En dan was er nog een man, waar ik de naam van kwijt ben, die op weg was naar Somaliland voor 2 dagen! Hij wou ontdekken hoe het leven daar is. Hij zou er binnenkort gaan wonen en werken voor de UN. Hij was ervoor Belgisch ambassadeur geweest in Burkina Faso.
We sliepen goed in het Sheraton hotel en genoten nog even van het luxe leventje!

1 dag te laat, maar Tesfalem stond ons op tijd op te wachten. Hij had 2 bosjes rozen vast en we kregen een hartelijke begroeting. We vertrokken meteen naar de TDA voor een officiële begroeting met dokter Tadele. De babbels met Tesfalem gaan vlot. We hebbeb het over het 'arme' Ethiopië,  de verwestering, geschiedenis, Chinese invloed, vluchtelingen...
Tesfalem vraagt naar onze  planning. Dit is moeilijk omdat we nog zo weinig weten. We willen ook nog enkele toeristische trekpleisters bezoeken voordat Marie naar huis vertrekt.
De mensen hier zijn eerder gereserveerd,  niet opdringerig en vriendelijk. Of zou dit komen omdat Tesfalem bij ons is? Voor hem zijn dit zijn vrienden en kunnen we op hen rekenen! De mensen gedragen zich vrij westers, ook hun kledij is vergelijkbaar met het onze, behalve bij de oudere populatie. Armen zie ik evenveel op straat als in Brussel. Misschien zal dit wel anders zijn in de dorpen. Volgens Tesfalem werkt het gezondheidssysteem goed, want zelfs de mensen die het ziekenhuis niet kunnen betalen worden gefinancierd door de omgeving. Iedereen heeft recht op gezondheidszorg. Dit heeft zeker nog een vervolg!